Skip to main content

Op het moment dat deze column verschijnt heb ik jou, misschien nog maar zojuist, op de wereld gezet. Benieuwd hoe me dat bevallen is… Ik heb je in je ogen gekeken en je vastgehouden: “Dus jou heb ik al een maand of vijf onder mijn handen voelen draaien en woelen.” Zo eigen en toch zo vreemd. Het begin van een uitgebreide kennismaking met de belangrijkste mens in ons leven tot nu toe. Vanaf nu zijn wij met z’n drieën een gezin.
Bij deze nieuwe fase hoort een nieuwe naam. Vanaf nu heet je geen ‘Ranonkel’ meer en we gaan ons best doen je daar dus ook niet meer mee aan te spreken. Dat zal niet meevallen. “Hoe is het met Ranonkel? Schopt ze veel?”, was de afgelopen maanden een heel gewone vraag in mijn omgeving.
Ik gaf je die werktitel omdat meisjes vaker naar bloemen vernoemd worden. Omdat ik de Ranonkel de mooiste bloem vind, bedacht ik dat als ik een meisje zou krijgen, we haar toch best Ranonkel konden noemen? Je vader was ontsteld: “Dat kun je een kind toch niet aandoen? Daar wordt het later mee gepest!”, riep hij uit, in de veronderstelling dat mijn idee serieus was. In de loop der tijd begonnen sommige mensen in mijn omgeving zo te wennen aan de naam, dat ze het niet eens meer vreemd zouden vinden als we je daadwerkelijk Ranonkel zouden noemen. Maar daar hebben we toch maar van afgezien. En bovendien: we weten niet eens of je inderdaad een meisje bent.

Wat we wel weten is dat we ons stinkende best gaan doen jou een veilige, liefdevolle omgeving te bieden om in op te groeien. We gaan consequent zijn en je niet te veel verwennen. We gaan stimuleren waarin je goed blijkt te zijn en je helpen met de dingen die je moeilijk vindt. We gaan je de zee laten zien en de Limburgse heuvels. En als je later naar Kinderstad wilt, zullen we je uitleggen dat de kinderen die het over Kinderstad hebben, eigenlijk het Bonnefantenmuseum bedoelen.
We gaan je kennis laten maken met kunst en cultuur. We gaan je je eigen fouten en keuzes laten maken. We gaan ons uiterste best doen later je partnerkeuze te accepteren, ook al zal hij of zij ongetwijfeld te min voor je zijn. We zullen altijd één lijn in onze opvoeding trekken, ook al zijn we het stiekem gruwelijk oneens. We gaan je leren met twee woorden te spreken. We gaan je zo lang mogelijk van snoep, frisdrank en televisiereclame weg proberen te houden. En vooral gaan we naar je luisteren.
We gaan je leren dat goede voornemens een mooi ding zijn, maar dat het ook geen doodzonde is als je ze niet waar kunt maken. Daarvoor zijn het voornemens: geen mens is immers perfect. Nou ja, behalve jij misschien.